“Ben jij er voor mij? Niet alleen als entertainment vanavond, maar ook als ik nageroepen word op straat. Aangevallen. Als mijn rechten afgepakt dreigen te worden. Ben je er dan ook?” Deze laatste woorden van de theatervoorstelling Gendermonologen, van Stichting Raymi Sambo Maakt, dreunen nog lang door in mijn hart.
Op zaterdagochtend neem ik schaamteloos de tijd om uitgebreid de krant te lezen, ontbijtje, grote kan koffie erbij en lezen maar. Een heerlijke ontspanning na een drukke week. Nou ja, ontspanning … dat is misschien teveel gezegd. Mijn man zit tegenover me, ook met de krant voor zijn neus. We zuchten soms, blazen stoom af als de politieke onrust, de huizencrisis, toeslagencrisis, stikstofproblemen en falende jeugdzorg ons teveel wordt. Ik wil alles volgen maar word er ook moedeloos van. Ik verlang naar lichtere kost.
In mijn werk als relatietherapeut zie ik vaak hoe relaties vastlopen. Niet door gebrek aan liefde, maar door de impact van iemands innerlijke worstelingen. Wanneer persoonlijkheidsproblematiek, trauma of andere problematieken een rol spelen, kan liefde soms een mijnenveld van triggers worden. Dit gebeurde ook bij Lisa en Mark. Hun liefde was duidelijk, maar het lukte niet om elkaar écht te bereiken.
Het was een groot team. 40 zorgprofessionals. In een kring. Sommigen wilden hier zijn. Sommigen wilden hier niet zijn. Eigenlijk was de ruimte waar we zaten te klein en ook onhandig. Palen, balken en andere obstakels. Misschien wel metaforisch voor dit team.
Afgelopen vrijdagmiddag, op 15 november, vond in hartje Utrecht het congres ‘The Good and Bad of Relationships: Science meets Practice’ plaats. Onderdeel van het programma was een live demonstratie van een koppelstherapiesessie door Karin Wagenaar. Aan Henk Jan Conradi, onderzoeker en universitair hoofddocent aan de Universiteit van Amsterdam, de eer om de brug te slaan tussen wetenschap en de praktijk door te reflecteren op de zichtbare dynamieken aan de hand van wetenschappelijk modellen.
Er werd gepraat, gelachen en veel gedanst. De laatste gasten vertrokken om klokslag middernacht naar huis. Met een voldaan gevoel, want wat een bruisend EF(ees)T hebben we er met elkaar van gemaakt. Allemaal ter ere van het 15-jarig bestaan van Stichting EFT Nederland. Bedankt dat je er was. Voor wie er niet was: bij deze een verslag van het panelgesprek met Sophie Mulder, Ingeborg Hornsveld, Sophie Jonker, Sander van Arum en Kelli van der Waals.
Wat vliegt de tijd… Deze maand is het overlijden van Sue Johnson alweer een halfjaar geleden. Ik herinner me dat het onverwachte verdrietige bericht me in een mijmerstand bracht. Al die momenten dat ik Sue ontmoette kwamen terug in mijn herinnering. Soms ontmoette ik haar in het echt, maar veel vaker was dat online. Hoe dan ook, het inspireerde altijd en ik realiseerde me hoe ze mij op het EFT-pad bracht en hoeveel ik van haar leerde, en nog altijd leer.
Karin Wagenaar, oprichter en voorzitter van Stichting EFT Nederland, was onlangs te gast in de podcastaflevering van het Lorentzhuis. Ze vertelt hierin over de impact van Sue Johnson op haar werk en de groeiende relevantie van emotionele verbinding in onze moderne samenleving.
De verbinding weer vinden met elkaar in tijden van stilte of conflict door te communiceren over wat je voelt in reactie op de ander. Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar dat is het absoluut niet.
Aankondiging: nieuwste telg van Uitgeverij EFT bijna klaar! An Emotionally Focused Workbook for Relationship Loss.
In het septembernummer van Psychologie Magazine heeft een mooie reportage gestaan over EFT, waarin journalist Marlies Kieft haar ervaringen deelt over de EFT-training die zij volgt om de band met haar twee tieners te versterken.
Natuurlijk denken we bij hechting direct aan affectieve verbindingen; de band tussen ouders en kind, siblings, geliefden, gezinnen… Daaruit is EFT in al haar varianten voortgekomen. EFT leert ons een ‘hechtingsbril’ op te zetten. ‘Die krijg je nooit meer af’, galmt het in mijn hoofd. Inderdaad! Als we naar onszelf en naar anderen kijken dan zien we vooral de verbindingen, het intersubjectieve, zoals dr. Dan Hughes dat omschrijft.